Huishoudelijk Reglement

(2015)

1. AANMELDING VOOR ASPIRANT LIDMAATSCHAP

1.1. Voorwaarden voor toelating
1.1.1. Een door de Internationale Vereniging voor Analytische Psychologie (I.A.A.P.) of een door bij de I.A.A.P. aangesloten vereniging erkende opleiding volgen, en dus voldoen aan de eisen die de I.A.A.P. daarvoor stelt (o.a. een universitaire opleiding).
1.1.2. Voldoende lang, minimaal 180 uur, in persoonlijke leeranalyse geweest zijn, bij een door de I.A.A.P. of gelijkwaardige vereniging erkende analyticus.
1.1.3. Begonnen zijn met het werken met patiënten onder supervisie, bij een door de I.A.A.P. of gelijkwaardige vereniging erkende supervisor.
1.1.4 Zich schriftelijk akkoord verklaren met de Statuten, de Ethische Code, en het Huishoudelijk reglement van de N.A.A.P.
1.1.5. Een persoonlijke ontmoeting hebben gehad met het Bestuur van de N.A.A.P.

1.2. Procedure bij aanmelding
1.2.1. Schriftelijk aanmelding bij het Bestuur met een curriculum vitae, motivatie voor de aanvraag van het aspirant lidmaatschap, en alle bewijsstukken betreffende de opleiding, de leeranalyse en supervisie, in te dienen voor 1 november.
1.2.2. Bevestiging van de ontvangst van de stukken door het Bestuur, en toezending van een kopie van de Statuten, het Huishoudelijk Reglement en de Ethische Code van de N.A.A.P.
1.2.3. Schriftelijke bekendmaking door het Bestuur van de aanmelding voor het aspirant lidmaatschap aan de leden van de N.A.A.P., met de mogelijkheid om binnen 6 weken bezwaren aan te tekenen.
1.2.4. Een persoonlijke ontmoeting van het Bestuur met de aanvrager.

1.2.5.Advies van het Bestuur t.a.v. het aspirant lidmaatschap.
1.2.6. Formeel besluit over de aanvraag door de Algemene Vergadering.

2. AANMELDING VOOR LIDMAATSCHAP

2.1. Voorwaarden voor toelating
2.1.1. Het met succes te hebben afgerond van een opleiding van een bij de Internationale Vereniging voor Analytische Psychologie (I.A.A.P.) aangesloten vereniging; of toestemming van de I.A.A.P.  op andere gronden verkregen. Daarnaast zijn vereist een afgeronde universitaire vooropleiding, een leeranalyse van ten minste 300 uur, alsmede niet minder dan 150 uur supervisie door I.A.A.P. geaccrediteerde analytici.
2.1.2. Zich schriftelijk akkoord verklaren met de Statuten, de Ethische Code, en het Huishoudelijk reglement van de N.A.A.P.
2.1.3. Een persoonlijke ontmoeting hebben gehad met het Bestuur van de N.A.A.P.

2.2. Procedure bij aanmelding van niet-aspirant leden 
2.2.1. Schriftelijke aanmelding bij het Bestuur met een curriculum vitae, motivatie voor de aanvraag van het lidmaatschap, en alle bewijsstukken betreffende de opleiding en bewijs van de uren leeranalyse en supervisie genoemd onder 2.1.1., in te dienen voor 1 november.
2.2.2. Bevestiging van de ontvangst van de stukken door het Bestuur, en toezending van een kopie van de Statuten, het Huishoudelijk Reglement en de Ethische Code van de N.A.A.P.
2.2.3. Schriftelijke bekendmaking door het bestuur van de aanmelding voor het lidmaatschap aan de leden van de N.A.A.P., met de mogelijkheid om binnen 6 weken bezwaar aan te tekenen.
2.2.4. Een persoonlijke ontmoeting van het Bestuur met de aanvrager.
2.2.5. Advies van het Bestuur t.a.v. het lidmaatschap.
2.2.6. Formeel besluit over de aanvraag door de Algemene Vergadering.
2.3. Procedure bij aanmelding van aspirant leden voor lidmaatschap
2.3.1. Schriftelijke aanmelding bij het Bestuur met alle bewijsstukken betreffende de opleiding zoals genoemd onder 2.1.1., in te dienen vóór 31 december van het jaar waarin de opleiding is afgerond.
2.3.2. Bevestiging van ontvangst van de bewijsstukken door het Bestuur.
2.3.3. Schriftelijke bekendmaking door het Bestuur van de aanmelding voor het lidmaatschap aan de leden van de N.A.A.P., minimaal twee weken vóór de Algemene Vergadering.
2.3.4. Advies van het Bestuur t.a.v. het lidmaatschap.
2.3.5. Formeel besluit over de aanvraag door de Algemene Vergadering

3. BEËINDIGING VAN HET (ASPIRANT)LIDMAATSCHAP

3.1. Beëindiging door het (aspirant) lid
Opzegging van het (aspirant)lidmaatschap kan alleen worden aanvaard als het vertrekkende lid geen lopende kwesties meer heeft (zoals een ethische klacht, of achterstallige contributie) met de NAAP. De voorzitter geeft een ‘non-objection’, c.q. akkoordbrief binnen 6 weken, wanneer daar om gevraagd wordt door een zusterorganisatie.

3.2. Beëindiging door de N.A.A.P.
Beëindiging van het lidmaatschap kan ook plaatsvinden door een beslissing van de Ethische Commissie en het Bestuur van de N.A.A.P.; in dat geval wordt geen ‘non-objection’ verklaring afgegeven.

4. DE INSTITUTIONELE ORGANEN

4.1. BESTUUR

4.1.1. Verantwoordelijkheid
4.1.1.1. Het bestuur is verantwoordelijk voor het beheer van de vereniging tegenover de algemene vergadering.
4.1.1.2. Het bestuur moet alle schikkingen treffen die nodig zijn om de beslissingen van de algemene vergadering uit te voeren.

4.1.1.3. Het bestuur vergadert minimaal vier maal per jaar.
4.1.1.4. Het bestuur is verantwoordelijk voor de inhoud, de vorm en het technisch beheer van de website.
4.1.1.5. Jaarlijks legt het bestuur verantwoording af aan de AV over de aard en inhoud van de website, waarbij leden van de vergadering zich hierover uit kunnen spreken.

4.1.2. Samenstelling
Er zijn minstens drie bestuursleden. De benoemingsprocedures en duur van hun mandaat wordt bepaald door artikel 6 van de Statuten.

4.1.3. Zie: ‘Bestuur en Commissies’ voor de huidige leden van het bestuur.
4.2. ETHISCHE COMMISSIE

4.2. ETHISCHE COMMISSIE

4.2.1. Werking
Sinds het van kracht worden van de ‘Wet Kwaliteit, Klachten en Geschillen in de Zorg’ (WKKGZ, 2017) kunnen cliënten die een klacht tegen hun analyticus of therapeut willen indienen niet meer terecht bij de Ethische Commissie. NAAP-leden dienen hun cliënten bij aanvang van de behandeling informatie te geven over 1) de wettelijke klachtenprocedure, 2) bij welke geschillencommissie hij of zij is aangesloten, en 3) waar men een eventuele klacht kan indienen, bijvoorbeeld door deze informatie op de eigen website te zetten.

De Ethische Commissie blijft open staan voor alle andere ethische vragen die zich kunnen voordoen rond: 1) de relatie tussen behandelaar (of coach/counselor/supervisor/opleider) en cliënt, 2) collegiale relaties, en 3) relaties tot de buitenwereld. Ook staat de Ethische Commissie open voor het behandelen van klachten tussen de leden onderling. In alle gevallen is de Ethische Code leidend. De procedures die door de commissie kunnen worden gevolgd zijn hieronder beschreven.

4.2.2. Procedures
4.2.2.1.A. Als er door een cliënt toch een klacht wordt ingediend tegen een NAAP-lid moet de Ethische Commissie de cliënt terugverwijzen naar het betreffende NAAP-lid. Bij aanvang van de behandeling is de behandelaar wettelijk verplicht de cliënt te informeren over klachtenprocedure. Wanneer de behandelaar daarvoor geen voorziening heeft getroffen kan de cliënt naar de rechter gaan.
4.2.2.1.B. Alle andere klachten over een lid van de vereniging worden doorgegeven aan de Ethische Commissie. De procedure van de Ethische Commissie is er op gericht aan zowel de klager als aan de beklaagde de gelegenheid te bieden om hun standpunten uiteen te zetten.
4.2.2.2. Na ontvangst van een klacht vraagt de Commissie aan de klager de klacht op schrift te stellen en schriftelijke toestemming te geven om het lid te informeren over de klacht. Als de Commissie oordeelt dat de kwestie waarover wordt geklaagd niet in strijd is met de Ethische Code, wordt de klager hiervan schriftelijk in kennis gesteld. De Commissie zal de klager hierover binnen 60 dagen na ontvangst van de klacht (op schrift), schriftelijk informeren.
4.2.2.3. Wanneer de Commissie vindt dat de klacht wijst op een schending van de Ethische Code door een lid van de N.A.A.P. dan wordt het lid hiervan schriftelijk in kennis gesteld. De beklaagde wordt op de hoogte gebracht van de aard van de klacht en van alle relevante correspondentie, en wordt uitgenodigd om een speciale bijeenkomst van de Ethische Commissie bij te wonen. Deze bijeenkomst zal tenminste 40 dagen, en niet meer dan 60 dagen, na de schriftelijke in kennisstelling worden gehouden.
4.2.2.3. A. De commissie zal klager en beklaagde tijdig de namen van de commissieleden laten weten. Zowel klager als beklaagde hebben het recht om op zwaarwegende gronden commissieleden te wraken. Een besluit hierover wordt genomen door het bestuur.
4.2.2.4. De Commissie kan een bijeenkomst beleggen waarbij zowel de klager als de beklaagde aanwezig is. De procedure van de bijeenkomst of bijeenkomsten wordt bepaald door de Commissie.

4.2.3. Bevoegdheid

4.2.3.1. De Ethische Commissie is gemachtigd voorstellen te doen die een oplossing bieden voor de ethische problemen tussen beiden partijen.
4.2.3.2. De Ethische Commissie is bevoegd om kleinere sancties uit te spreken. Grotere sancties zullen voorgesteld worden aan de uitgebreide afdeling (Ethische Commissie en Bestuur). Grotere sancties zullen voorlopig van kracht zijn en onderwerp zijn van de eerstvolgende Algemene Vergadering waar ze worden bekrachtigd of veranderd.
4.2.3.3. De kleinere sancties zijn:
– verontschuldiging
– waarschuwing
– herstellende maatregelen
4.2.3.4. De grotere sancties zijn:
– proefmaatregelen voor een beperkte duur, bijvoorbeeld het voorstellen van een analyse of supervisie om de kwesties te bespreken.
– tijdelijke schorsing uit een functie of uit de N.A.A.P.
– het opzeggen van het lidmaatschap door de beklaagde of ontzetting uit het lidmaatschap van de N.A.A.P.
(het is tevens mogelijk dat de Inspectie voor de Volksgezondheid wordt geïnformeerd).

4.2.4. Beroepsmogelijkheden

4.2.4.1. Zowel de klager als de beklaagde zal worden gewezen op zijn/haar recht in beroep te gaan tegen de beslissingen van de Commissie, met inbegrip van het recht in beroep te gaan tegen het advies van de N.A.A.P. aan het lid om het lidmaatschap op te zeggen.
4.2.4.2. Geroyeerde of geschorste leden worden uitgesloten van alle privileges hangende hun beroep. Alle andere strafmaatregelen worden opgeschort hangende het beroep.
De uiteindelijke maatregelen die genomen zijn om een lid tijdelijk dan wel definitief zijn lidmaatschap te ontzeggen wegens ethische kwesties zullen door de N.A.A.P. wordt gerapporteerd aan alle andere I.A.A.P. groepen waarvan de beklaagde lid is als rapporteren onder de lokale wetgeving vereist is.
4.2.4.3. De partij die beroep aantekent stelt hiervan de Voorzitter van de N.A.A.P., binnen 45 dagen na verzending van de beslissing van de Commissie, schriftelijk op de hoogte. Hem/ haar wordt verzocht om gefundeerde argumenten aan te dragen en de benodigde informatie te overleggen om het beroep te ondersteunen.
4.2.4.4. Gronden om de beslissingen van de Commissie te vernietigen kunnen bestaan uit procedurefouten of nieuw bewijsmateriaal dat de beslissing van de Commissie onhoudbaar maakt.
4.2.4.5. De Voorzitter benoemt een Commissie die het beroep in overweging zal nemen en deze Commissie doet een aanbeveling aan het Dagelijks Bestuur van de Vereniging. Deze Commissie van Beroep beslist over zijn eigen procedure.
4.2.4.6. Mocht de aanbeveling van de Commissie van Beroep strijdig zijn met die van de Ethische Commissie, dan worden beide beslissingen voorgelegd aan de Algemene Vergadering. Een tweederde meerderheid is dan vereist om de beslissing van de Ethische Commissie te herroepen of te herzien.

4.2.5. Samenstelling

4.2.5.1. De Ethische Commissie bestaat uit drie leden die geen lid mogen zijn van het bestuur, en van wie er minstens twee minimaal zeven jaar lid zijn van de I.A.A.P. Ze worden verkozen door de Algemene Vergadering (bij eenvoudige meerderheid) voor de duur van vier jaar en deze benoeming wordt stilzwijgend verlengd. Zowel het bestuur als de Algemene Vergadering kunnen voorstellen doen voor vervanging van commissieleden. De opzeggingen en kandidaturen moeten 2 maanden vóór de ALV worden ingediend.

4.2.6. Zie: ‘Bestuur en Commissies’ voor de huidige leden van de Ethische Commissie.
4.3. ANDERE COMMISSIES

4.3.1. Commissie Inhoudelijke bijeenkomsten
De commissie inhoudelijke bijeenkomsten bestaat uit minstens twee leden die ervoor zorg dragen dat er enkele malen per jaar ontmoetingen georganiseerd worden voor en door N.A.A.P.-leden. Dit kan bv. in de vorm van studiedagen en/of lees-seminars. Andere formules zijn denkbaar. Hun benoeming en mandaat wordt vastgelegd door de algemene vergadering.

4.3.2. Zie: ‘Bestuur en Commissies’ voor de huidige leden van de Inhoudelijke Commissie.

4.3.3. Kascommissie
Zie: ‘Bestuur en Commissies’ voor de huidige leden van de Kascommissie.

4.3.4. Deelname STICHTINGSBESTUUR C.G. JUNG-BIBLIOTHEEK
De Algemene vergadering benoemt eenmaal in de 4 jaar een N.A.A.P-lid om zitting te nemen in genoemd bestuur.

4.3.5. Zie: ‘Bestuur en Commissies’ voor de huidige leden genoemd bestuur