Verschillende stromingen binnen de analytische psychologie
Binnen de analytische psychologie hebben zich, net zoals dat bij de psychoanalyse gebeurde, verschillende stromingen ontwikkeld. Vaak leidde dat tot het splitsen van verenigingen, het opzetten van nieuwe opleidingen, of het stichten van een nieuw tijdschrift. Vandaar dat er in de ons omringende buitenlanden vaak meerdere verenigingen voor analytische psychologie zijn.
Omdat er in Nederland nog geen door de IAAP erkende opleiding bestaat, deden de leden van de NAAP hun opleiding in verschillende buitenlanden. Hierdoor bestaat de NAAP uit leden die verschillende stromingen binnen het jungiaanse denken vertegenwoordigen.
Binnen alle scholen en opleidingen is aandacht voor post-jungiaanse schrijvers ( bijvoorbeeld Fordham, Adler, Knast, Stein) en voor psychoanalytische schrijvers (bijvoorbeeld Klein, Winnicott, Kohut, Bion). Het zelfde geldt voor de moderne hechtingstheorieën en theorieën over traumabehandeling.
De verschillende stromingen worden meestal aangeduid met hun Engelse namen, namelijk classical, developmental, en archtetypal (Samuels,1985). De klassieke school legt het accent op integratie en individuatie, de ontwikkelingsschool op de persoonlijke ontwikkeling van het individu, en de archetypische school op de archetypische beeldtaal. Uiteraard doen zich mengvormen en overlappingen voor.
Er worden ook wel andere indelingen gemaakt, bijvoorbeeld naar locatie: Zürich, Londen, en St. Francisco/Duitland (Fordham, 1978). Bij alle indelingen gaat het steeds om de mate waarin men ‘zuiver jungiaans’ is gebleven, of juist meer de invloed van moderne psychoanalyse heeft geïntegreerd. Ook de aandacht voor overdracht en tegenoverdracht is een thema.
> Lees een voorbeeld van integratie van theorieën